Laat ik voor één keer zijn goede voorbeeld volgen en net als Ad van der Steur door het stof gaan. Ik bied mijn excuses aan…

voor het stelen van appeltjes van de kar van een hardwerkende groenteboer uit Krommenie (ze zaten vol beurse plekken en waren niet te vreten)

voor het onrechtmatig gebruik van het weiland van boer Mantel, zodat wij hem dwongen om ons – jochies van de Militaireweg – te achtervolgen, waarbij hij bleef haken in zijn eigen prikkeldraad en een winkelhaak in zijn broek kreeg (hij was zo gierig dat hij de winkelhaak waarschijnlijk heeft laten zitten totdat de broek helemaal versleten was)

aan het buurmeisje met een beenprothese die graag badminton speelde. Ik voelde mij uitgedaagd  om de shuttle zo hoog te retourneren dat zij wel op haar rug moest vallen. Ik bleef volhouden dat ik echt niet anders kon door de wijze waarop zij de shuttle plaatste (zo zie je maar hoe kleinzieligheid een mooie vorm van integratie om zeep helpt)

aan de buurtkruidenier van de Militaireweg die ik  heb uitgescholden voor ‘vuile verrader’, omdat hij ’s avonds aan de deur kwam om mijn moeder te vertellen dat ik vijf zakjes zwart-op-wit had gekocht van het wisselgeld. Hij was helemaal niet vuil maar schoon als altijd. (ik blijf van mening dat hij door het geld te accepteren voor het zwart-op-wit actief heeft meegewerkt aan een criminele handeling)

aan Schuco voor deelname aan een tekenwedstrijd met een tekening van een Schuco-autootje die was gemaakt door Martin Rouwendaal, een collega van mijn vader die de ambitie had om kunstschilder te worden. Ik ben bereid de prijs terug te geven, maar dat heeft Schuco onmogelijk gemaakt door de belabberde kwaliteit van het speelgoed (het kreng schoot al snel van de spiraal waarop het moest rijden, eindigde tegen de kachel en leverde mij een mep van mijn moeder op)

voor het meedoen aan het wegpesten van die kleine lerares Duits uit haar eerste baan op de muloschool van Krommenie. Ik vond mijn schooltijd niet leuk; die van haar moet vreselijk zijn geweest (als zij een ander vakgebied had gekozen en haar benen geschoren dan zou zij waarschijnlijk minder aanleiding hebben gegeven).

Wat de vraag oproept welke waarde je moet hechten aan ‘afgedwongen’ verontschuldigingen.

LEUK ALS U REAGEERT